Stanisław Moniuszko, geboren op 5 mei 1819 in Ubiel, nu deel van Wit-Rusland, was een invloedrijke Poolse componist, dirigent en muziekpedagoog. Hij wordt vaak "de vader van de Poolse nationale opera" genoemd en staat bekend om zijn operatische werken die vol zitten met patriottische volksmelodieën uit het voormalige Pools-Litouwse Gemenebest. Zijn meest beroemde opera's, zoals "Straszny Dwór" (Het Spookhuis) en "Halka," zijn nog steeds geliefd en worden vaak opgevoerd. Moniuszko was ook een vruchtbaar componist van kunstliederen en schreef de populaire "Śpiewniki domowe," een serie van twaalf delen met liederen, waarvan zes tijdens zijn leven werden gepubliceerd. Naast zijn muzikale talent was Moniuszko een gevierd dirigent van operahuizen, symfonieorkesten en kooren. Zijn bijdragen aan de Poolse muziek en cultuur zijn onmiskenbaar, en zijn erfenis strekt zich uit over Polen en Wit-Rusland. Moniuszko overleed op 4 juni 1872 in Warschau, na een plotselinge hartaanval.