Frédéric Lodéon brengt met deze opname een meeslepende collectie van twee cellosonates naar leven. De eerste helft van het album is gewijd aan Franz Schubert's Arpeggione Sonata in A-klein, D. 821, een werk oorspronkelijk geschreven voor een nu bijna vergeten instrument, de arpeggione. Lodéon's vertolking van dit stuk is een getuigenis van zijn technische vaardigheid en muzikale diepgang, waarbij hij de delicate nuances en emotionele diepte van Schubert's compositie tot hun recht laat komen.
In de tweede helft van het album neemt Lodéon de luisteraar mee op een reis door Dmitri Shostakovich's Cello Sonata in D-klein, Op. 40. Dit werk, geschreven tijdens een van de meest turbulente perioden in de Sovjet-Unie, is een meesterwerk van contrasten, variërend van intense drama tot intieme zachtheid. Lodéon's interpretatie van dit stuk is een meesterklasse in expressie en controle, waarbij hij de complexe emoties en technische uitdagingen van Shostakovich's muziek met gemak aanvaardt.
Met een totale speelduur van 50 minuten, biedt dit album een rijke en variëren collectie van klassieke muziek, perfect voor liefhebbers van zowel Schubert als Shostakovich. Frédéric Lodéon's virtuoze speelstijl en diepe begrip van de muziek maken deze opname een waardevolle toevoeging aan elke klassieke muziekcollectie.