Arnold Schoenberg, een pionier van de moderne klassieke muziek, biedt met dit album een fascinerende collectie van zijn meest indrukwekkende werken. Het album, uitgebracht op 18 augustus 2000 door Naxos, omvat een mix van symfonische en kamermuziek die de luisteraar meeneemt op een reis door de diepte en complexiteit van Schoenbergs composities.
De opname begint met de Chamber Symphony No. 2, Op. 38, een werk dat bekend staat om zijn intense emoties en technische vaardigheid. Het eerste deel, Adagio, opent met een langzame, meditatieve toon, terwijl het tweede deel, Con fuoco, lento, een contrast biedt met zijn levendige en dynamische ritmes.
Een ander hoogtepunt van het album is "Begleitungsmusik zu einer Lichtspielszene" (Accompaniment to a Cinematographic Scene), Op. 34. Dit stuk, oorspronkelijk geschreven als begeleidende muziek voor een stomme film, laat Schoenbergs vermogen zien om muziek te componeren die visuele verhalen versterkt.
Het album sluit af met "Verklärte Nacht" (Transfigured Night), Op. 4, een van Schoenbergs meest geliefde werken. Deze versie voor strijkkwartet is een meesterwerk van emotionele expressie en muzikale innovatie. De vier delen van "Verklärte Nacht" variëren van het diepe en treurige Grave tot het rustige en serene Adagio, en bieden een diepgaande kijk in de emotionele wereld van Schoenberg.
Met een totale speelduur van ongeveer een uur, biedt dit album een rijke en diversiteit aan klassieke muziek die zowel fans van Schoenberg als nieuwkomers in de wereld van de moderne klassieke muziek zal boeien.